JEUGDVOETBAL BELEIDSPLAN  2023– 2023

Hoofdstuk 1:  Inleiding

 

Onze voetbalvereniging streeft al jaren naar een goede voetbalopleiding voor onze jeugd en een goede doorstroming naar onze seniorenploegen. Het spreekt voor zich dat het aanwerven en het behoud van jeugdspelers hier een grote rol in spelen.

Onze aandacht wordt dan ook besteed aan de begeleiding van jeugdspelers  tijdens trainingen en wedstrijden.

1.1.   Doelstellingen

Het leveren van goede kwaliteit van de opleiding en de begeleiding van jeugdspelers en zo nodig te verbeteren.

  • Spelplezier: Het spelplezier van onze jeugd primeert in onze club.
  • Teamsport: Een teamsport verreist samenspel. Ook hier zal aandacht aan besteed worden op de trainingen en wedstrijden. Voor de jongste spelers is dit het moeilijkste onderdeel, daar zij nog maar enkel oog hebben voor de bal.
  • Leren: De voetballer leren voetballen op een efficiënte en gezonde manier.
  • Kwantitatief/kwalitatief: Voldoende jeugdspelers
  • Geschoolde trainers: Net als de KBVB steunen wij de mening dat in de toekomst elke voetballer het verdient om over een goede opgeleide trainer te beschikken.

 

1.2.   Fair play

Voetbal is een teamsport waarbij twee teams voor de overwinning wedijveren. Voetbal is ook een sport waarbij je kunt winnen en verliezen. Wij tonen onze spelers aan om een goede winnaar en een goede verliezer te zijn. Het wederzijds respect van de teamleden onder elkaar alsook van de tegenstanders.

Zonder tegenstander kan je geen wedstrijd spelen, dus wees blij dat er mensen zijn die tegen je kunnen spelen.

 

 

Hoofdstuk 2:  Jeugdwerking

 

2.1.   Algemeen

Het jeugdbestuur bestaat uit leden die instaan voor de verbetering van de kwaliteiten van de jeugdspelers. Zij zien ook toe op de oefenstof die nodig is voor de verschillende leeftijden en indien nodig de trainers de nodige oefenstof  bezorgen en bespreken.

 

2.2.    Opleiding van de jeugdspeler

Het wedstrijdresultaat noch het prestatiegerichte coachen staan hier niet op de eerste plaats. De aangeleerde basistechnieken zijn hier van groter belang.

Elke speler te laten spelen, ze aan te moedigen en zo nodig te verbeteren. De spelers het vertrouwen te geven, door ze zelf de juiste beslissingen aan te leren.

De spelers te leren voetballen door op te bouwen van achteruit.

-          Samenspelen staat centraal: Het bereiken van optimale ploegprestaties is slechts mogelijk wanneer kan gerekend worden op de medewerking van              alle teamleden.

-          Alle spelers worden bij het spel betrokken: Om actief en zinvol aan het spel te kunnen deelnemen, moet elke speler de kans krijgen om zich op                zijn niveau verder te ontwikkelen.

-          Spelend leren spelen: Vrij handelen binnen de voorgeschreven ruimte en de afgesproken spelregels. Het moet wel doelgericht en systematisch zijn.

 

2.3.    Communicatie

Een goede communicatie tussen trainers, begeleiders, spelers en ouders is nodig om de goede gang van zaken. Bij problemen kunnen ouders via trainer of begeleider altijd in contact komen met het jeugdbestuur. Dit is altijd mogelijk via vergaderingen, telefonisch of via mail. Alle nuttige informatie is ook terug te vinden op onze eigen website.

 

 

Hoofdstuk 3:  Taken

 

3.1.    De trainers

Eén van de belangrijkste taken van de trainer is die van coach. Hij moet gepast kunnen bijsturen en ingrijpen op wat gebeurt op het terrein. Hiervoor zal hij een paar vuistregels moeten respecteren.

  • Men moet voetbal kennen: De groep kunnen overtuigen = vakkennis
  • Men moet een doel hebben: Op korte en lange termijn
  • Prioriteiten vastleggen en logische volgorde houden
  • Men moet plannen en organiseren: Realistische opdrachten
  • Men moet kunnen observeren en evalueren: (gedrag spelers, prestatie van de groep, fysiek haalbare opdrachten,…)
  • Men moet kunnen communiceren: Simpele en duidelijke taal spreken

Enthousiasme – volharding – geduld – goede afspraken maken – open en kritisch ingesteld – inspirerend en motiverend werken

  

3.2.    De afgevaardigden

  • De afgevaardigde tracht aanwezig te zijn op de wedstrijden. Hij zorgt ervoor dat de wedstrijdbladen juist ingevuld wordt.
  • Vangt bij thuiswedstrijden de afgevaardigden van de tegenstanders en de scheidrechter op en wijst de omkleedruimte.
  • Hij verzamelt al de identiteitskaarten (vanaf miniemen) en geeft deze aan de scheidsrechter
  • Hij zorgt ervoor dat bij de thuiswedstrijden minimaal een waterzak en spons aanwezig is langs de lijn.

Belangrijk is dat een afgevaardigde een spreekbuis is tussen trainer, ouders en spelers.

 

3.3.    De ouders

Vele ouders spelen en juichen in plaats van zoonlief, want via hun kind willen zij realiseren wat zij indertijd zelf misschien niet lukten. De kinderen gaan hierdoor spelen met angst uit vrees niet te beantwoorden aan de verwachtingen die de ouders hadden gesteld. Op die manier krijgen de kinderen geen kans meer om fouten te maken en ze zelf te herstellen. Bovendien wordt er permanent luidkeels geroepen. De taak als trainer is hier echter het kind te beschermen

-          U heeft als ouder een voorbeeldfunctie

-         Wees sportief in al zijn facetten

-          Geen inmenging in de opstelling, speelwijze en andere voetbaltechnische aspecten

-          Roep geen vulgariteiten (uw kind luistert mee ! ).

-          Steun uw kind bij tegenslagen of teleurstellingen

-          Stimuleer goede prestaties zonder overmoedig te worden.

-          Een wedstrijd is een onderdeel van het leerproces.

-          Winnen is belangrijk, uitslagen en rangschikking niet.

-          Belangrijkste zijn de vooruitgang en het voetbalplezier.

-          DUS: positief aanmoedigen en supporteren, hoe meer hoe liever

 

3.4.    De spelers

Ook de spelers dienen bepaald gedragsregels op te volgen:

-          Begroeting van afgevaardigde en trainer

-          Op tijd aanwezig zijn op training en wedstrijd

-          Waardevolle spullen thuis laten

-          Sportief gedrag op en om het veld

-          Luisteren aar de verantwoordelijke trainer en afgevaardigde

-          Tijdig afbellen bij belet (ouders)

-          Zorg dragen voor het materiaal

-          Kleedkamers schoon achterlaten

 

 

Hoofdstuk 4:  Leerplan

 

4.1.    Algemeen

De bedoeling is om de spelers bepaalde eigenschappen aan te leren en dit volgens de TIC methode. Des te groter de TIC des te groter het voetbalvermogen.

T = TECHNIEK

De vaardigheid die nodig is om het spel te kunnen spelen. Hoe klein de kinderen ook zijn, hoe laag het niveau van spelen ook is, de spelers bezitten per definitie een bepaalde mate van technische vaardigheid.

I = INZICHT

Het inzicht in het spel is nodig om te begrijpen welke acties ondernomen moeten worden, of juist niet, en is vooral afhankelijk van ervaring en spelintelligentie.

C = COMMUNICATIE

Tijdens het spel wordt gecommuniceerd met alle weerstanden, die bij het spel betrokken zijn: Natuurlijk medespelers en tegenstanders (verbaal en non-verbaal), maar ook met de bal (snelheid/gewicht/hard-zacht opgepompt etc.), terrein (vlak/hobbelig / natdroog), publiek (opjutten / aanmoedigen), scheidsrechter/grensrechters, de coach etc.

 

4.2.    Analyse per categorie

  • 6-8 jarigen:
  • Snel afgeleid
  • individueel (geen gevoel van samen) iedereen om en rond de bal, van voetbal is er nauwelijks spraken.
  • Als ze al lang bij de club zijn, zijn de eerste vormen van samenspel zichtbaar.
  • Beperkt zich veelal tot aannemen, dribbelen, drijven en trap naar voor en schot op doel.

Vorming = spelenderwijs, geen al te moeilijke technische opmerkingen; Veel herhalingen. Kleine partijspelen (3/3, 4/4, …) - Trap- en stoptechnieken - Bal leiden - Spelvormen met/zonder bal

 

  • 8-10 jaar:
  • Al veel meer bereid deel uit te maken van het team.
  • Kan langer aan 1 oefening werken.
  • Balbehandeling begint te lukken.
  • De ideale leeftijd om de basisvaardigheden onder de knie te krijgen.
  • Samenspel in de vorm van de eerste echte combinaties. Het dekken en vrijlopen gaan ze beter begrijpen.
  • Het bewust worden van de aanwezigheid van een tegenstrever

Jongleren (balgevoel) en schijnbewegingen. Kleine partijspelen - Basistechnieken (= individueel werk) door allerlei oefeningen met bal aan de voet – Koppen - Doelschieten

 

  • 10-12 jarigen:
  • In team verband een doel nastreven
  • Zich meten met anderen.
  • Beheerst de eigen bewegingen
  • Ambitie voor de wedstrijdvormen. Men wil winnen.
  • Spelen 11:11.
  • Aanleren basis van de technieken is achter de rug nu vooral het ontwikkelen van het inzicht in het spel. Leren omgaan met groot speelveld, spelregels (offside) het spelen in een opstelling (bv 4-3-3) en vooral de belangrijkste principes bij balbezit en balbezit tegenpartij.
  • Kan kritiek geven
  • Uithoudingsvermogen verhoogt, maar der recuperatie blijft belangrijk

Oefenen van de basistechniek. Verbeteren naar nauwkeurigheid en uitvoering van snelheid; De schijn –en passerbewegingen. Dikwijls herhalen. Basistechniek - Trap- en stoptechnieken - 1-2 beweging – Koppen – Tackling - Speltechniek: eenvoudige combinaties per 2 – Het spelen zonder bal (beweging); Aansluiten naar voor en naar achter.

  

  • 12-14 jarigen:
  • Betere beoordeling van situaties
  • eigen mening
  • geldingsdrang
  • vrijlopen en samenspelen wordt beter.
  • Taken die aan en bepaalde positie kleven, worden zichtbaar en worden geleidelijk opgepikt.
  • Enorme groei = blessuregevoelig
  • Trainen op uithouding.

Kopspel/sprong wedstrijdsituatie – schijnbewegingen uitbreiden – Basistechniek met ritmeveranderingen, blik over de bal gericht /tegenstrever (passief-aktief) - Traptechnieken na uitvoering van een individuele actie - Speltechniek: Positiespel 4:4  met afwerken op doelen -  Afspraken op tactisch vlak mogelijk -

 

  • 14-16 jarigen:
  • Blijvend herhaling van de basistechnieken
  • Puberteit
  • Mede verantwoordelijkheidsgevoel
  • Wil zichzelf bewijzen
  • Meer druk
  • Veel wedstrijdvormen

Specifiek technische uitvoeringen komen uitdrukkelijk naar voor. Technieken verwerken in conditietraining. Basis-, trap- en stoptechnieken - Verdedigende technieken: bloktackling met charge sliding tackle - Speltechnische oefeningen met individuele en collectieve - ritmeveranderingen) - Spelen in één tijd

 

  • 16-18 jaar:
  • Evenwicht (geestelijk en lichamelijk)
  • Toename prestatiedrang
  • Doorzettingsvermogen
  • Opvoeren van handelingssnelheid

Kracht/snelheid – lenigheid – coördinatie – uithouding – snelheid – macht

Positiegebonden trainingsvormen. Kweken van specialisme in de techniek

 

 

Hoofdstuk 5:  Tot slot

 

De jeugdwerking van K.Putte S.K. heeft als missie zijn eigen jeugd op een zo hoog mogelijk niveau te brengen. Onze jonge spelers de maximale kansen te geven om zich optimaal te ontwikkelen tot voetballer. Dit alles kan op termijn gerealiseerd worden door met een juiste visie en goed beleid van het jeugdbestuur en van positief ingestelde trainers. Onze jeugdopleiding zal bijdragen tot het creëren van kwalitatief goede spelers die de mogelijkheid bieden om de selectie van het 1 e elftal te halen. Wij bieden ook de mogelijkheid om de minder getalenteerde voetballers met plezier te kunnen blijven trainen en in competitieverband te kunnen voetballen.

Voetbal is fun : plezier, spelvreugde

Dit bereikt men slechts indien volgende voorwaarden vervult zijn:

·  iedere jeugdspeler speelt voetbal;

·  iedere jeugdspeler komt veel aan de bal;

·  iedere jeugdspeler krijgt veel scoringskansen;

·  iedere jeugdspeler mag vrij spelen (geen beperkingen door verplichte opdrachten);

·  iedere jeugdspeler wordt aangemoedigd door de coach.

 

MEER VOETBAL, MEER SPELEN en MEER SPELINZICHT